Stel, je hebt een bedrijfsonderdeel dat meer dan 5 miljard euro aan omzet
oplevert, maar dat structureel nettoverliezen lijdt.

Stel verder dat er voorlopig geen uitzicht is op veel verbetering. En bedenk
daarbij dat aandeelhouders steeds kritischer worden vanwege de verliezen.

"Verkopen die tent", denk je dan. In plaats daarvan parkeert
Philips de Amerikaanse televisie-divisie bij een kleine concurrent. In de
rest van de wereld wil het alleen blijven snijden in de televisie-divisie.

De vraag is waarom. Helaas laat de Philips-leiding zich niet in de kaarten
kijken, en wil het dus niet zeggen of het eerst geprobeerd heeft de divisie
als geheel, of in onderdelen te verkopen. Aandeelhouders zouden met zulk
nieuws zéér blij zijn geweest.

In de VS, waar Philips de meeste problemen heeft, gaat het veel
kleinere Japanse bedrijf Funai de productie en verkoop van
Philips-televisies voor zijn rekening nemen.

Daartoe tekent Philips een vijfjarige licentie-overeenkomst. Maar
Philips wil niet zeggen of in dat contract - dat nog getekend moet worden -
een zogenaamde 'break-up' clausule komt.

Zo'n clausule stelt dat één van de partijen het contract alleen mag verbreken
op straffe van een fikse boete.

Komt die clausule er wél, en dat is eerder regel dan uitzondering bij
licentie-overeenkomsten, dan kun je de licentie-overeenkomst ook anders
lezen. Namelijk als een contract dat Philips nog zeker 5 jaar aan de
Amerikaanse televisie-divisie bindt.

Voor de rest van de wereld heeft Philips "op dit moment geen
plannen voor de verkoop van de televisie-onderdelen, noch andere deals zoals
die met Funai", zei Philips' financiele topman Pierre-Jean Sivignon in
een analistenconferentie.

Of dat betekent dat andere bedrijven gewoon niet geïnteresseerd waren in een
koop van de divisie, bleef onduidelijk.

Sivignon verwacht dat de televisie-divisie weer winstgevend zal worden,
grotendeels omdat het merk Philips in Europa, Azië en opkomende markten -
zoals Zuid-Amerika - beter bekend is.

Philips hoopt mogelijk nog even te profiteren van de verkopen
voorafgaand aan het Europees kampioenschap voetbal, en de Olympische Spelen
van deze zomer.

Dat zal wel lukken. Voor de vorige wereldkampioenschappen voetbal verkocht
Philips immers ook meer platte televisies dan gewoonlijk.

Maar intussen doen de concurrenten een stap voorwaarts voor een
strategie op de langere termijn, waar Philips op de korte temijn een stap
terug doet.

Sony en Sharp hebben bijvoorbeeld aangekondigd dat ze miljarden zullen
investeren in een gezamenlijke fabriek in Japan. Die gaat platte schermen
maken voor zowel Sony als Sharp-televisies.

Dat is pragmatisme van de bovenste plank: Sharp en Sony zijn immers grote
concurrenten van elkaar. Niettemin is de wil om de kosten te verlagen, en op
die manier de winstmarges te verbreden, belangrijker dan een stammenstrijd.

Philips doet zulke investeringen niet meer in het televisie-segment.
Integendeel, het reduceerde het aandeel in de LG Philips LCD joint venture
tot een minimum en ziet het resterende aandeel nu vooral als een financieel
appeltje voor de dorst.

Logisch, want 'convergentie' is bij Philips het toverwoord. Net als in de
voedingsindustrie, waar bijvoorbeeld het Franse Danone de inventieve
voedingsproducten van Numico wil toevoegen aan het yoghurtjes-segment,
combineert Philips producten uit de lichtdivisie met die uit de
consumentenelektronica.

De wekker die zonlicht simuleert is daarvan een goed voorbeeld, evenals
een apparaat tegen snurken. Typische voorbeelden van technische know-how uit
de licht- en health care-divisies, gecombineerd met de verkoopexpertise van
de consumentenelektronicadivisie.

Philips zag waarschijnlijk geen convergentie mogelijkheden meer voor hun
televisies. De set-top-box- en andere apparaten die in verbinding staan met
internet werden al afgestoten. Dit was nog een mogelijkheid geweest om het
één en ander te doen op IP-TV gebied, televisie via internet.

Philips heeft besloten niet meer af te wachten. Het steekt nog maar weinig
geld in televisies en snijdt vooral in de kosten.

Het wachten is eigenlijk alleen nog op het persbericht waarin het aankondigt
dat het eindelijk een koper heeft gevonden voor de divisie.

Dit artikel is oorspronkelijk verschenen op z24.nl